Rode aarde, groene heuvels

Rode aarde, groene heuvels 6Om vanuit Kenia in Oeganda te komen, kunnen we kiezen uit verschillende grensovergangen. De meest gebruikte is in Malaba op de doorgaande snelweg van Nairobi naar Kampala. Een drukke grensovergang waar ook het vrachtverkeer op weg naar de Oegandese hoofdstad de grens oversteekt. Meer in het noorden, op de flanken van Mt Elgon, kunnen we ook in Suam de grens over. Een grensovergang die veel minder wordt gebruikt, omdat de weg naar de grens niet is geasfalteerd. In het regenseizoen verandert de gravelweg in een glibberig modderpad dat voor het meeste verkeer onbegaanbaar is. Hoewel het regenseizoen een maand geleden al had moeten losbarsten is er nog bijna geen regen gevallen. De weg zou dus nog in goede staat moeten zijn. Met een blik op de strak blauwe lucht gokken wij dat het ook de komende dagen nog wel droog blijft.

Suam ligt ten noordoosten van Nairobi, voorbij de meren van de Grote Riftvallei. Om daar te komen volgen we voor de derde en laatste keer de prachtige route langs Lake Naivasha en Lake Nakuru. Dit keer vanuit het zuiden naar het noorden. We hebben een prachtig uitzicht op Lake Nakuru en de vulkaankraters die hoog boven het groene landschap uit steken. Op de drukke weg die steil over de heuvels naar boven loopt, zien we een fietser op een volgepakte fiets op de pedalen stampen om boven te komen. Het is duidelijk een ’vakantie-fietser’. We rijden hem zwaaiend voorbij en parkeren onze motoren op de top om hem op te wachten. Daar maken we kennis met de Argentijnse Enrico.

Rode aarde, groene heuvelsHij spreekt weinig Engels en wij weinig Spaans, maar met handen en voeten komen we een heel eind. Hij heeft zijn fiets naar Marokko gestuurd en is vanaf daar langs de westkust van Afrika naar het zuiden gefietst tot in Nigeria. Vanaf daar is hij met zijn fiets naar Kenia gevlogen om via de oostkust verder naar Zuid-Afrika te fietsen. Voordat hij naar het zuiden fietst, maakt hij eerst een rondje door Kenia. Hij heeft lange tijd geen toeristen gezien en ziet er oprecht blij uit dat we zijn gestopt. We wisselen gegevens uit, raden hem aan om naar Roberts Camp bij Lake Baringo te gaan en spreken af contact te houden om te bekijken of we hem later nog ergens in Afrika kunnen ontmoeten. Dan stapt hij weer op, want het begint warm te worden en hij heeft nog een lange weg voor de boeg.

We zwaaien hem uit en rijden verder naar Nakuru. Vanaf daar rijden we een nog niet eerder gereden route verder naar het noordoosten. We slingeren door de groene heuvels en passeren voor de vierde keer de evenaar, dit keer weer naar het noorden. We nemen drie dagen de tijd om naar de grens met Oeganda te rijden en verblijven de eerste nacht op een mooie camping in Eldoret. We merken dat de lange gezellige avonden bij Jungle Junction hun tol eisen. We hebben allebei donkere wallen onder onze ogen en ik val die avond naast de gloeiende haard in slaap terwijl mijn koude tonic langzaam warm wordt. Een beetje slaap inhalen kan geen kwaad.

De volgende ochtend gaan we weer vroeg op pad en rijden we over een stoffige weg verder richting Kitale. Het is druk op de weg. We Rode aarde, groene heuvels 4moeten constant onze aandacht erbij houden want inhalende automobilisten blijft een probleem. We krijgen sterk het vermoeden dat de Kenianen hun rijbewijs krijgen bij een pakje boter, want hun stunts zijn werkelijk bijzonder.

Op de weg rijden ook bijzonder veel motor-taxi’s, zogenaamde “Boda-Boda’s”. In ieder dorp zijn wel een aantal taxistandplaatsen te vinden. Vaak bestaan die niet uit meer dan een afdak met wat lage houten bankjes waar de bestuurders op zitten (of liever liggen) terwijl ze wachten op hun volgende klant. Ze dragen allemaal een fluoriserend hesje met reclame op de achterkant voor een nieuw te kiezen gouverneur of de lokale telecompartij. Ze meesten dragen een helm, één van de weinige verkeersregels die wel lijkt te worden nageleefd. De motoren zijn van Chinese makelij en ’licht’, vaak maar 125cc. Ze zijn versierd met lichtjes, een radio en vrolijke kleuren. Ze hebben een lang zadel voor passagiers, waar soms wel drie klanten op passen. En als het niet past, gaat de chauffeur zelf op de tank zitten! Meest bijzonder is nog wel wat ze aan bagage vervoeren: grote zakken houtskool, 10 kratjes met Coca Cola, trosjes levende kippen die aan hun poten bij elkaar zijn gebonden, bedden, fietsen, golfplaten. Je kan het zo gek niet bedenken of ze krijgen het op hun brommers gebonden.

Aan de benzinepomp staan we vaak tussen de Boda-boda’s te wachten tot we onze tank kunnen laten vullen. Watertandend kijken ze naar de motoren: “Wat is de motorinhoud?”, “Hoeveel kilometer per liter?”, “Wat is de maximum snelheid”? en “Wat kost hij?”. Ze bieden meestal aan om te ruilen, terwijl ze wijzen naar hun glimmende Chinese brommers. Maar niet alleen de motoren worden uitgebreid bekeken, maar ook onze motorpakken, onze ’klap-helm’, de microfoons waarin we praten, de Camelbak waaruit we drinken en de GPS. Daarbij komen de verbaasde blikken die ik nog steeds krijg als ze er achter komen dat ik geen man ben! Ik heb hier nog geen vrouw op een brommer of motor zien rijden.

Rode aarde, groene heuvels 2Over Kitale, die plaats waar we zullen overnachten, staat in de reisgids dat de meeste buitenlanders die naar Kitale komen dat doen om daar vrijwilligerswerk te doen. We vinden een kampeerplekje bij een knusse B&B die inderdaad helemaal vol zit met vrijwilligers. Een groepje jonge Amerikaanse meiden die bij een lokaal weeshuis werkt, een groep wat oudere Amerikanen die vanuit een Christelijke organisatie via gezondheidsvoorlichting hulp biedt, maar ook studenten die hier onderzoek doen voor hun eindscriptie.

Wij zetten ons tentje op naast een aantal grote witte tenten van de UNHCR. Nog niet zo lang geleden was het behoorlijk onrustig in het noorden van Oeganda, waardoor veel Oegandezen als vluchtelingen naar Kenia trokken. Een groot aantal van hen vond in Kitale een tijdelijke opvangplek. De situatie in Oeganda is nu weer beter en veel van de vluchtelingen zijn weer terug gekeerd naar Oeganda. De tenten bleven leeg achter en worden nu gebruikt om gasten in onder te brengen.

Aan het eind van de middag gaat onze telefoon. Ross! Zijn avonturen in Kenia hebben hem uitgerekend vandaag in Kitale gebracht! Of hij bij ons op de camping mag komen staan… Natuurlijk, gezellig!

De camping ligt verscholen in één van de buitenwijken van Kitale en is niet makkelijk te vinden. Aan de telefoon leggen we uit hoe hij bij Rode aarde, groene heuvels 3ons moet komen: bij de Total pomp naar rechts en dan rechts, links, rechts. Terwijl Peter bij de bewaker aan het hek op Ross wacht, gaat de telefoon weer. Ross had de Total pomp gevonden en de doorgegeven route gevolgd, maar was in een slechte wijk van Kitale uitgekomen. Pas dan komen we er achter dat hij Kitale aan de andere kant was binnengekomen. Hij gaat de aanwijzingen nu de andere kant op volgen. De zon is inmiddels onder en zonder straatverlichting is het bijzonder donker op straat.

Het blijft een poos stil, nog geen zware motor te horen. Dan gaat de telefoon weer, hij kan het nog niet vinden. Het is inmiddels ruim twee uur na zijn eerste telefoontje en de sfeer op straat is er bij hem in het donker niet gezelliger op geworden. Met hulp van de bewaker komen we er achter dat er twee Total benzinestations zijn! Ross geeft zijn telefoon aan een lokale boda-boda-bestuurder en wij aan de bewaker, zodat ze met elkaar in het Swahili de route kunnen bespreken en Ross achter hem aan kan rijden. Het duurt nog een kleine 10 minuten en dan horen we vanuit de verte het zware gebrom van de BMW. Daar is hij! Toch wel een opluchting.

We eten samen en horen zijn verhalen over olifanten met flapperende oren die op hem af komen, voedselvergiftiging door een rare mevrouw en moeilijke offroad paden. Een echt avontuur! Blij om onze goede vriend weer te zien, kruipen wij ons tentje in en hij zijn hangmat.

Rode aarde, groene heuvelsDe volgende dag gaan wij verder richting Suam, naar Oeganda. Ross zijn plannen zijn eigenlijk nog niet echt duidelijk. Hij rijdt eerst maar eens met ons mee naar de grens en ziet dan wel verder. Voordat we Kitale uit rijden tanken we onze motoren vol bij één van de twee Total benzinestations. Zoals altijd staat er al snel een groepje Kenianen om onze motoren heen die honderd en één vragen stellen. Dit keer zijn het er wel erg veel. Zoveel dat Peter zijn voeten op zijn stepjes zou kunnen zetten en toch niet zou omvallen, zijn motor staat klem tussen zijn ’fans’. Met een volle tank rijden we een stukje verder om nog wat water te kopen. Ook daar staat al snel een groep mensen om ons heen. Zoveel dat Peter zelfs helemaal verdwijnt en ik nog maar net de bovenkant van zijn witte helm kan zien.

Als we water hebben gekocht, rijden we over een zandweg verder naar de grens. Een prachtige route door een gebied waar niet veel toeristen komen. Mensen blijven langs de kant van de weg met open mond naar ons kijken en schrikken op als we onze hand opsteken om te zwaaien.  Het zand waarover we rijden is dieprood en licht fel op in het zonlicht. Het steekt prachtig af tegen de felblauwe lucht en de diepgroene akkers om ons heen. We slingeren verder de heuvels in en zien Mt Elgon liggen. Een groene ’puist’ in het landschap met aan de top wat vage witte wolken. De weg wordt steeds smaller naarmate we hoger de heuvels in rijden en dichter bij de grens komen. Ross rijdt nog steeds met ons mee en besluit op enig moment maar gewoon met ons mee te gaan naar Oeganda. Tijd voor nieuwe avonturen in een nieuw land, waarom niet? Leuk!

Aan het eind van de ochtend rijden we een dal in en stuiten we op een slagboom. We zijn bij de grens met Oeganda. Voorbij de slagboom Rode aarde, groene heuvels 5leidt de weg verder naar beneden naar een brug over een kabbelend riviertje waar een boer net zijn koeien laat drinken. Langs de weg lopen wat dames in prachtig gekleurde kleding met elkaar te kletsen en op een veldje aan de overkant van de rivier zijn kinderen aan het spelen. Het is een liefelijk tafereel dat doet denken aan ’The Shire’ uit ’The Lord of the Rings’. Niet op een grensovergang.

Rechts van weg aan de Keniaanse kant staat een aantal kleine gebouwtjes waartegen prachtige bloemen groeien. Een tuinman is alles op zijn gemak aan het bijpunten. Boven de deur hangt een bord “Customs”. Dit is het bureau van de douane waar we onze motoren moeten laten uitstempelen. De deur staat open en binnen zit een meneer op zijn gemak de krant te lezen. Hij heet ons hartelijk welkom en vraagt ons plaats te nemen op de stoelen voor zijn bureau. Na een kort praatje neemt hij onze carnets aan, waar hij wat in begint te bladeren. Dan kijkt hij vragend naar ons op, dit heeft hij nog niet veel vaker gedaan en hij wil weten wat hij moet invullen. Ik help hem met de formulieren en zorg dat de stempels op de juiste plek worden gezet.

Dan kunnen we door naar ’Immigration’, een kantoortje in het houten gebouw ernaast. Op de veranda voor de ingang zitten twee militairen. Er staat een derde man bij die spijkerbroeken over zijn arm heeft hangen. De militairen bekijken de spijkerbroeken en houden ze voor zich om te kijken of het zou passen. Echt heel druk met het in de gaten houden van de brug, de feitelijke grens met Oeganda, hebben ze het niet.

Rode aarde, groene heuvels 4 (1)Bij het kantoor van immigratie en emigratie worden we ontvangen door een gezellige jongen van eind twintig. Ook hij wil eerst weten waar we vandaag komen. Hij zet grote ogen op als we vertellen dat we vanuit Amsterdam naar Kenia zijn gereden. “Op déze motoren?!” vraagt hij. Hoofdschuddend schrijft hij onze gegevens over in een groot boek en zet hij stempels in ons paspoort. “What a great journey! I can not believe it!”.

Als we weer buiten komen en onze motoren starten komen de militairen uit hun stoel om de slagboom voor ons te openen. We rijden de brug over, langs de koeien en worden na tien meter tegengehouden door een politieagent aan de Oegandese kant. Als hij heeft gecheckt dat we een paspoort en een rijbewijs hebben, mogen we verder naar kan Oegandese kantoor van immigratie. We komen een gebouwtje binnen waar waar twee vrouwen gezellig zitten te kletsen. Eén van hen is ondertussen de haren van een kleine kindje aan het vlechten. Ze maakt vlechten met een klein plukje nekhaar en zet onderin het vlechtje twee kraaltjes.

Ross bekijkt het geheel eens en vraagt: “Is this a beauty salon or the immigration office?”. De dames kijken lachend op en geven aan dat het toch echt de douane is. Een van de dames neemt onze paspoorten aan en -nadat we $50 per visum hebben betaald- plakt ze een prachtig visum sticker in ons paspoort die ze nog mooier maakt met een stempel. Daarna rijden we een kleine stukje verder naar een volgend kantoortje voor de carnets. Ook aan de Oegandese kant hebben ze nog niet veel van deze boekwerken gezien, maar na wat aanwijzingen staan de stempels op de juiste pagina. De formaliteiten zijn afgerond. Nu op zoek naar een wisselkantoortjes waar we onze Keniaanse Shillings kunnen wisselen.

Rode aarde, groene heuvels 3 (1)In het kleine dorp vinden we een pandje met een uithangbord waarop ’Forex’ is geschreven. “Foreign Exchange”, hier kunnen we geld wisselen. We worden door twee mannen binnengelaten in een kamertje achter geblindeerde ruiten dat we toeschouwers buiten niet kunnen zien hoeveel geld we wisselen. Het kamertje is geverfd in een fel oranje kleur en behangen met allerlei flitsende posters. We passen met z’n vieren met net in de kleine ruimte. Ze zijn blij ons te ontvangen, heten ons hartelijk welkom in Oeganda en tellen netjes ons geld uit tegen een acceptabele wisselkoers.

Als ook Ross zijn geld heeft gewisseld rijden we samen verder Oeganda in. De route is werkelijk prachtig! Over het rode zandpad rijden we steeds hoger de groene heuvels in. Na iedere bocht hebben we een nieuw uitzicht. Naar het westen zien we groene heuvels met daartussen rode paden. Naar het oosten een eindeloze groene vlakte waar hier en daar wat rookpluimpjes uit opstijgen. We rijden door kleine dorpjes waar de mensen  ons met grote ogen staan aan te kijken. Sommigen rennen van de weg af, maar anderen zwaaien hartelijk en steken hun duim om als we langs komen. Als we stoppen om een foto te nemen of wat te drinken staat er snel een grote groep mensen om ons heen. Er is altijd wel één iemand die een beetje Engels spreekt en kan vertalen voor de rest van de groep wat wij allemaal vertellen. Als Ross zijn motor start en een klein beetje gas geeft spuit de groep uiteen en rennen de kinderen van de weg om vanuit de berm te kijken hoe we weer vertrekken.

Rode aarde, groene heuvels 5 (1)Ook in Oeganda heeft het lang niet geregend. De weg is nog in goede conditie, maar wel erg stoffig. Alles kleurt er rood van, de motoren, onze motorpakken, onze bagage en ook mijn gezicht. Aan het eind van de dag komen we weer op het asfalt en rijden we via een heerlijke bochtige weg naar Sipi, een klein plaatsje dat toeristen trekt vanwege de watervallen. We zetten ons tentje op bij ’Noah’s Ark Hotel and Campsite’ en hebben vanaf het plateau een prachtig uitzicht. We kloppen het ergste stof van de motorpakken, poetsen onze stoffige rode gezichten schoon en genieten bij de ondergaande zon van een koud biertje. Welkom in Oeganda!

Afgelegde afstand tot en met Sipi: 15.234km

Klik hier voor de foto’s bij dit bericht

Vorige bericht “Hotel California” – Volgende bericht “Hemelse honeymoon

| Leonie | AFRIKA, Kenia, Oeganda

3 Reacties (Comments) - Rode aarde, groene heuvels

  1. Jan en Anna

    Wat beleven jullie toch een mooie avonturen en wat maken jullie veel nieuwe vrienden! Heerlijk om steeds weer mee te kunnen genieten van jullie verhalen en foto’s.
    bevalt het nomaden bestaan nog wel of hebben jullie zo langzamerhand toch soms last van heimwee.
    Liefs, Jan en Anna

  2. Frederike

    Jeetje, Oeganda is wel uitzonderlijk mooi zeg!
    Xxx

  3. Marloes

    Heerlijk voor ons om via jullie verhalen nog na te genieten van onze reis. Heerlijk ook voor jullie dat je zo lekker de tijd kunt nemen en geen race tegen de klok hoeft te maken.
    Geniet! En safe travels