Oase route door de woestijn

Woestijn 13Vanaf Caïro kunnen we via verschillende routes verder naar het zuiden rijden: via de kust van de Rode Zee, langs de Nijl of via de woestijn in het westen. De weg langs de Nijl valt af omdat die veel te druk is en we hierna nog veel vaker langs de Nijl zullen rijden, bijvoorbeeld in Sudan. De route langs de kust brengt ons weliswaar naar de prachtige stranden van Hurgada, maar de kans dat we daar nog eens komen is best groot. Dat geldt waarschijnlijk niet meteen voor de woestijn.

In het gastenboek van Isis Garden Camp was te lezen dat voor verschillende overlanders de oase route door de woestijn en vooral de “White Desert” één van de hoogtepunten van hun reis door Egypte was. Ook Sue en Helal zijn enorm enthousiast over het woestijnlandschap. Met de kaart van Egypte op tafel wijst Helal ons op de bezienswaardigheden onderweg en waar we benzine, hout en water kunnen krijgen. Hij laat ook zien waar we in de woestijn kunnen wildkamperen. Slapen onder de sterren lijkt ons wel wat, dus we slaan genoeg eten en vooral water in om een aantal nachten te kamperen.

De eerste plek waar we naartoe rijden is in de “Black Desert”, zo’n 20km na de Bahariya oase en ongeveer 400km zuidwest van Giza. Een redelijk lange tocht, dus de wekker gaat vroeg die ochtend. Het is nog lekker fris als Sue en Helal ons (in hun winterjas) uitzwaaien.

Op de weg is het al behoorlijk druk, al is het de vraag of het in Caïro ooit rustig is. We rijden in de file Giza uit richting ’6 October City’, een andere voorstad van Cairo. Met een volle tank rijden we daarna richting de Western Desert Road. Net buiten de stad is nog veel industrie te vinden en dus ook veel verkeer, maar zodra de bebouwing stopt rijden we ineens midden in de woestijn en zijn we nagenoeg de enige voertuigen.

Woestijn 2We hadden ons voorbereid op een aantal warme dagen in de woestijn en onze truien deze ochtend uitgelaten. Hoewel de zon al volop schijnt, is de rijwind nog behoorlijk fris en rijden we het eerste stuk allebei met onze handvatverwarming aan. Tot aan de Bahariya Oase zijn er geen dorpjes en is er slechts één tankstation. Omdat we niet weten wanneer we weer benzine kunnen krijgen, tanken we daar beide motoren weer vol. De enige bebouwing die we vanaf dan zien zijn zendmasten, bushaltes en af en toe een verlaten kantoortje van een oliemaatschappij. Ieder uur komen we slechts een handjevol auto’s tegen.

Na meer dan 350km kunnen we in Bawiti, het grootste dorp in de Bahariya oase, de laatste inkopen doen. Hoe dichter we bij Bawiti komen, hoe meer begroeiing we zien langs de weg. Palmbomen, lage struiken, maar ook akkers met mais. Het wordt ook drukker op de weg met auto’s, ezelkarren en brommertjes. Langs de kant van de weg worden de eerste hotels en restaurants al aangegeven. De Bahariya oase is goed te bereiken vanaf Cairo en wordt daarom vaak aangedaan door toeristen die een nacht of twee in de woestijn verblijven. Eenmaal in het dorpje is goed te merken dat ze hier gewend zijn aan toeristen. Als we stoppen om onze tanks weer vol te gieten, komen er van verschillende kanten mensen aan die ons een kamer aanbieden in hun hotel. We bedanken vriendelijk en rijden aan het eind van de middag het dorp weer uit.

De woestijn is hier niet zo vlak als eerder op de dag. Her en der staan grote puntige zwarte heuvels, alsof overal kleine vulkaantjes staan. De grond ligt bezaait met puntige zwarte stenen en geven dit deel van de woestijn de naam “Black Desert”. We zien aan beide kanten van de weg verschillende sporen de woestijn in verdwijnen en als we geen ander verkeer zien, draaien we rechts de doorgaande weg af. Het grindpad verandert in een zanderig pad dat verder de woestijn in leidt. We vinden een prachtige plek niet ver van de weg, maar wel volledig uit het zicht, waar we op een vlak zanderig stuk ons tentje opzetten. In de schemering halen we de kookspullen tevoorschijn en tegen de tijd dat de pasta klaar is zitten we te eten in het licht van de bijna volle maan. De maan geeft zoveel licht dat we niet eens een zaklamp nodig hebben om onze spullen te vinden.

Woestijn 6De rest van de avond liggen we op ons rug in het zand naar de sterren te kijken. Al is die avond niet zo lang, want rond 20:00 kunnen we allebei amper onze ogen nog open houden en kruipen we onze slaapzak in. Het is stil, heel stil! Achtergrond geluiden ontbreken, we horen geen auto’s, geen honden, geen snelweg of vliegtuig, geen wind, helemaal niets. Misschien is dit wel wat ze noemen ’oorverdovend stil’.

Midden in de nacht maakt Peter mij ineens wakker. Hij gebaart dat hij iets hoort en denkt dat er iemand op slippers loopt en bij de motoren staat. Dat is nu net het enige dat we niet willen. Als we allebei nog eens goed luisteren, is het echter muisstil. Dan blijkt dat Peter wakker was geworden van zijn baard die tegen de slaapzak aan schuurde en zijn eigen hartslag!

Na een verder rustige nacht, zetten we koffie in het eerste daglicht en nemen we rustig de tijd om te ontbijten. Deze avond willen we naar de “White Desert” en dat is maar 100km verderop. We willen pas aan het eind van de middag een kampeerplekje zoeken (om de kans op onverwacht bezoek te verkleinen) en we hebben  de hele dag om die afstand af te leggen. We pakken dus rustig te spullen in, rijden over de zwarte stenen en door het zand weer naar de doorgaande weg en dan verder richting het zuiden.

Langs de hele route zijn verschillende politiecheckpoints waar we gevraagd worden om te stoppen. In een logboek worden onze namen opgeschreven, onze nationaliteit en het nummer van onze Egyptische nummerplaat. Daarnaast willen ze ook weten waar we naartoe gaan. Hoe verder we de woestijn inrijden, hoe meer checkpoints we tegen komen. Er is weinig verkeer op de weg en de agenten lijken zich behoorlijk te vervelen. Als we afremmen voor de hobbels voor het checkpoint worden ze ineens wakker en komen ze naar buiten rennen om ons staande te houden. Sommigen nog in hun ondergoed en met een tandenborstel in de hand.

Op een vriendelijk “Salaam Aleikum” van onze kant worden ook wij keer op keer hartelijk welkom geheten in Egypte. Ze vragen of we getrouwd zijn, of we kinderen hebben, of we niet bang waren in Libië, wat we van Egypte vinden, hoeveel onze motoren kosten en nog veel meer.

Woestijn 11We worden vaak uitgenodigd voor thee. Hoewel we meestal vriendelijk bedanken, besluiten we vandaag -tot vreugde van de agenten- om te stoppen. We hebben tijd genoeg en we lusten wel een bakkie zoete munt thee. Ondanks de taalbarrière maken we een gezellig praatje. Na de heerlijke thee en de nodige foto’s bellen ze hun collega’s in het volgende checkpoint om te vertellen dat er twee “Hollandi” aankomen. Bij het volgende politiecheckpoint staan ze al op ons te wachten. Niet voor de formaliteiten, maar ook voor een praatje en foto’s van de motoren.

In El Heiz, een dorp in een kleine oase tussen de Zwarte – en de Witte Woestijn, stoppen we op hout te kopen. Helal had ons precies verteld waar en ook verteld wat dat ongeveer zou moeten kosten. Eenmaal in El Heiz vinden we het theehuis naast het politiestation, maar hout hebben ze helaas niet. Eén van de dorpsbewoners vraagt ons om hem te volgen, want hij heeft wel hout. Hij rijdt op zijn brommer voor ons uit een zijstraat in. Niet veel later rijden het dorp weer uit met achterop onze motoren een dikke stapel hout voor een kampvuurtje. Top!

De woestijn verandert naarmate we verder rijden door de zanderige heuvels. De zwarte toppen hebben we achter ons gelaten en de kleur van de woestijn is inmiddels weer bruin. Bovenop één van de nog bruine heuvels hebben we ineens een prachtig uitzicht over een witte vallei, het begin van de White Desert! Links van de weg zien we puntige witte toppen en een zandpad dat daar tussendoor loopt. Dat blijkt een prima plek te zijn voor een lunch.

De Western Desert Road leidt ons daarna verder de Witte Woestijn in. Zo ver als we kunnen kijken zien we een witte vlakte met kleine witte bergen in allerlei bijzondere vormen. Aan het eind van de middag rijden we de doorgaande weg af op zoek naar een plek om te overnachten. Na wat klimmen en klauteren zien we een mooie plek op een iets hoger gelegen plateau waar we met de motoren ook kunnen komen. Het blijkt een super plek met een mooi uitzicht over een vallei met witte torentjes. Op de witte grond liggen overal kleine zwarte bolletjes. Het lijkt erop alsof we het plateau delen met geiten of konijnen. Als we beter kijken blijkt het versteend koraal te zijn. De steentjes hebben de meest prachtige vormen. Ongelofelijk om te bedenken dat op de plek van deze droge woestijn ooi een zee was. Tegen een fel roze lucht eten we een flink bord pasta. Na het eten maken we een kampvuur en blijven we net zo lang naar de sterren kijken tot het vuur uit is.

Woestijn 20De volgende ochtend rijden we verder door de witte woestijn naar de Farafra Oase. Daar kunnen we onze voorraad eten en drinken weer aanvullen en tanken. We kopen vers brood en vers gefrituurde falafel voor onderweg. Vandaag rijden we naar de Dakhla Oase zo’n 300km verderop, waar in El Qasr verschillende hotels zouden moeten zijn.

Afgezien van de politiecheckpoint is onderweg niet veel te zien. We hebben de Witte Woestijn achter ons gelaten en verruild voor een grote gele vlakte. Zo ver als we kunnen kijken zien we zand. We luisteren allebei muziek via onze intercom en stoppen alleen op een mooi plekje om onze falafel op te eten. Het is inmiddels erg warm en een schaduwplek hebben we niet kunnen vinden, dus na een snelle lunch stappen we weer op om met de rijwind een beetje af te koelen.

Onderweg komen we niet veel verkeer tegen. Als we al auto’s of vrachtwagens tegen komen, steekt er steeds een hand uit het raam om ons gedag te zeggen. Sommigen komen naast ons rijden om ons vanuit het raampje toe te roepen: “Welcome to Egypt!” of stoppen zelfs om ons water en sinaasappels te geven. We rijden met ons licht aan en dat is hier niet gebruikelijk. Er wordt dus ook vaak geseind met lichten om ons daarop attent te maken. Als we na een poosje onze lichten toch maar uitzetten, blijft iedereen seinen. Het was dus toch ook om gedag te zeggen.

Halverwege de route naar de Dakhla Oase komen ons weer twee auto’s tegemoet rijden. Ze seinen met hun lichten, toeteren en we zien de berijders ook druk zwaaien. Als we dichterbij komen zien we dat het goed uitgeruste overland wagens zijn! We stoppen, draaien om en rijden terug naast de auto’s die inmiddels ook langs de weg staan. Zo ontmoeten we ineens midden in de Egyptische woestijn Susanna en Karl uit Oostenrijk (Blog) en John en Ruthi uit Australië (Blog). Overlanders die al een poosje onderweg zijn en inmiddels vanuit Kaapstad naar Cairo rijden. Het is super leuk om gelijkgestemden te ontmoeten, hun reisverhalen te horen en tips uit te wisselen. We krijgen van hen de coördinaten van een camping in El Qasr. Ze raden ons aan om zeker een duik te nemen in de ‘hotspring‘. Als we e-mailadressen hebben uitgewisseld en we iedereen gedag hebben gezegd, rijden we weg met goede zin in al het moois dat ons in de rest van Afrika nog te wachten staat.

Woestijn 35Met behulp van de coördinaten is Beir El Gebel Tourist Camp snel gevonden. We worden heel hartelijk ontvangen door Hatem, een grote man in een witte jalaba. Zijn drie kinderen volgen hem op de voet als hij ons de camping en de kamers laat zien. Op het terrein staan traditionele gebouwtjes gemaakt van modder en stro en geverfd met vrolijke motieven. Hoewel we best ons tentje hadden kunnen opzetten, kiezen we na twee nachten in de woestijn voor iets meer luxe en nemen we een kamer.

Die avond eten we vis uit de Nijl (600km verderop!) en maken we kennis met Friedel, een Duitse dame die woont in een huis achter de camping. Ongeveer 25 jaar geleden is zij met haar man in een auto door Egypte gereisd, onder meer ook door de woestijn (toen er nog geen asfaltweg lag en GPS niet bestond). Ze was geraakt door de Dakhla Oase en had altijd gezegd dat ze eens terug zou gaan. Zo gezegd, zo gedaan. Acht jaar geleden kochten ze een stuk land en lieten ze een prachtig huis bouwen. Inmiddels woont ze ruim vijf maanden per jaar in El Qasr. In die periode ontvangt ze ook toeristen voor meditatie-, dans- en drumworkshops. De perfecte plek om even helemaal te onthaasten.

Na de heerlijke vis, nemen we een duik in de hotspring. Een jaar geleden hebben Hatem en Friedel met nog wat boeren uit de omgeving een put laten slaan. Uit de bron komt warm water van ongeveer 38 graden! Met behulp van het water is de zanderige woestijngrond nu groene vruchtbare landbouwgrond. Als het water niet naar de akkers gaat, wordt de hotspring ermee gevuld. Hatem zet de waterpijp open waarna het water de tobbe in buldert. Het water bevat veel ijzer en ruikt daardoor bijzonder, maar is heerlijk en heel warm! We wassen al het woestijnzand van ons af en dobberen onder een prachtige sterrenhemel totdat onze vingers rimpelen.

Het is zo’n leuke plek dat we besluiten twee nachten te blijven. In de tuin kunnen we in de schaduw op ons gemak lezen, internetten, het blog bijwerken en wat skypen met thuis. We genieten die avond opnieuw van een heerlijke maaltijd en praten met Friedel over haar leven in de woestijn. Later op de avond komen ook Hatem, zijn vrouw en hun drie kinderen erbij zitten. Hatem rookt tevreden zijn waterpijp terwijl hij ons vraagt over de reis, de route en de motoren. We worden vrienden op Facebook en laten onze website zien.

Woestijn 39Voordat we de volgende ochtend vertrekken, krijgen we een rondleiding door Friedel haar prachtige huis en tuin. Werkelijk een hele bijzondere en mooie plek, zeker als je bedenkt dat ze ooit een stuk droge woestijngrond kocht en daar nu een groene oase voor in de plaats is gekomen.    Het was een bijzondere ontmoeting waar we met veel plezier aan terug denken en een plek die we misschien nog wel eens zullen bezoeken. Misschien is dit dus toch niet de laatste keer in de woestijn van Egypte.

Als we wegrijden is onze tank bijna leeg en gaan we eerst op zoek naar bruikbare benzine. Tot nu toe tanken we steeds ’90’ of ’92’, maar dat is niet goed verkrijgbaar op de woestijnroute. De meeste tankstations hebben alleen ’80’, wat prima is voor de 40-jaar oude auto’s waar de Egyptenaren in rijden, maar niet zo goed voor onze Honda’s uit 2012. Op advies van Hatem nemen we een kleine omweg waar we inderdaad onze tanks kunnen vullen met ’92’. Met een volle tank rijden we verder via de Kharga Oase naar Baris (ook wel Paris genoemd).

Op de kaart lijkt Baris een grote plaats en bij verschillende politiecheckpoints onderweg krijgen we te horen dat daar wel een hotel zal zijn. Aan het eind van de dag rijden we Baris binnen en voor we er erg in hebben rijden we aan de andere kant zo het dorp weer uit. Het is toch wat kleiner dat we dachten en een hotel hebben we nog niet gezien. We stoppen en al snel staat er een grote groep mannen om ons heen. We vragen naar een hotel of een camping. Ze beginnen moeilijk te kijken en wijzen ons naar Luxor (300km verderop) of Kharga, waar we net vandaan komen. Na verhitte discussies weet één van hen de oplossing: bij Dush Temple zouden we wel kunnen kamperen. De mannen roepen wat jongens bij elkaar en dragen hen op om ons de weg te wijzen naar de tempel.

Woestijn 42We volgen het groepje jongens op brommers naar de rand van het dorp. Als we deze weg 10 kilometer volgen, komen we bij Dush Temple. Het is iets voor vijf uur en de zon gaat bijna onder. We rijden dus flink door om niet in het donker te hoeven rijden. Na 10 kilometer komen we bij een splitsing. Er staat wel een bord, maar we kunnen geen wijs uit de Arabische tekst die erop staat en een tempel hebben we nog niet gezien. Wat nu? Naast ons stopt een vrachtwagen en de bijrijder vraagt: “Dush Temple?”. Als we knikken van ja, gebaart hij ons om hem te volgen. Na een kleine kilometer stopt de asfalt weg en zien we op de top van een heuvel een ruïne staan. De man die ons eerder aansprak stapt uit en stelt zich voor als “Magdi, guard of the temple”.

Het tempelcomplex wordt onderzocht door een team Franse archeologen die van oktober tot en met december verblijven in de woningen naast de tempel. De archeologen zijn nu weg, maar het terrein wordt wel constant bewaakt. Vannacht is de beurt aan Magdi en Ahmed. Ze wijzen ons waar we de tent op kunnen zetten en nodigen ons uit bij hun kampvuur. Als de tent staat nemen we onze kookspullen mee naar het kampvuur, zodat ik pasta kan maken. Nog voordat ik mijn tas open heb, staan er borden met fetakaas, tomaat en brood voor ons. Van koken komt het dan niet meer. Magdi zet zoete thee en stookt het vuur lekker op. Met het kleine beetje Engels dat ze kunnen vullen we de avond en praten we over hun vrouwen, hun kinderen, onze reis, de Fransen en de tempel.

We vragen waar we kunnen tanken en of we in Baris ook brood kunnen kopen. Weer die moeilijk kijkende gezichten. In Baris is alleen ’80’ te krijgen en brood kun je alleen heel vroeg krijgen, want daarna is de bakker dicht. Maar ze weten wel een oplossing. Ahmed begint druk te bellen en zegt aan het eind van het telefoongesprek: “Geen zorgen, het komt goed”.

De volgende ochtend beklimt Peter in het eerste zonlicht de heuvel naar de tempel voor een ontdekkingstocht door het complex. Het levert een paar mooie foto’s op. Als we de tent hebben ingepakt, lopen we naar Magdi en Ahmed. Hun kampvuur brandt nog en wordt opgestookt om thee te zetten. Zelf steken ze eerst maar eens een sigaretje op terwijl ze zich in de ogen wrijven en uitrekken. Ze hebben een groot deel van de nacht domino gespeeld en hebben ieder maar drie uur geslapen.

Woestijn 46Als de thee op is, komt in de verte een auto aangereden. Uit de auto stapt een man die in zijn ene hand een 20-liter jerrycan met benzine vast houdt en in de andere hand een zak vol brood. Ahmed had een vriend in Kharga gebeld (100km verderop), die gisteravond met de auto naar Baris was gekomen om benzine te brengen! We snijden een waterfles kapot en gebruiken de kop van de fles als trechter om de tanks van onze beide motoren te vullen. We betalen voor de benzine, de service en het brood en zeggen onze nieuwe vrienden gedag.

Gereden afstand tot Dush Temple: 7.085 km

Klik hier voor de foto’s bij dit bericht.

Vorige bericht “Daar zijn ze!” – Volgende bericht “Het oude Egypte

| Leonie | AFRIKA, Egypte

13 Reacties (Comments) - Oase route door de woestijn

  1. Danielle

    Wat een mooie foto’s weer! Dikke knuffels van ons

  2. Ellen Capel

    Wat een bijzondere reis! Heel veel plezier op jullie verdere avontuur!

  3. Jan en Anna

    Gisteravond jullie verhalen weer geprint bij oma gebracht. Net als alle andere keren was ze er erg blij mee. Volgens mij kan ik haar nergens blijer mee maken. De tv ging gelijk uit en alle verhalen worden gelezen en herlezen. De atlas wordt er regelmatig bij gepakt om te kijken waar jullie nu weer zijn. Ze leeft echt heel erg met jullie mee en vroeg me of ik jullie namens haar een hele veilige en goede reis te wensen en te bedanken voor jullie mooie verhalen.
    namens Oma veel liefs.

  4. Alje Bolt

    Peter en Leonie

    Geweldig wat jullie doen.
    Een wereldreis op de motor, wie droomt er niet van.
    Ik in ieder geval, maar daar zal het zoals bij velen wel bij blijven.
    Prachtig om jullie verhalen te lezen en de mooie foto’s te bekijken.
    Ik wens jullie vanuit het koude Delzijl vele mooie motorkilometers toe.

    Groeten

    Alje

  5. Janny

    Volgens ons genieten jullie erg van je reis, vooral van de bijzondere ontmoetingen, gastvrijheid en mooie overnachtingsplaatsen. En door jullie prachtige verhalen en foto’s hebben we het gevoel met jullie mee te reizen en genieten ook wij van jullie reis. Veel liefs, Albert en Janny

  6. Oma post

    Dit is genieten,het lezen van jullie
    verhalen.Liefs Oma.

  7. Lisette

    Geweldig weer, enjoy! XX

  8. erik

    Zo dat was weer mijn lees moment voor het slapen gaan. Ben helemaal geen lezer maar dit vind ik heerlijke stof. Liefs Erik Xxx

  9. Erik

    Yoo. TOP. Geniet en zeker niet met mate.

  10. celine

    Oh die foto met de roze łucht.. ik moest heel hard lachen om de eventuele bedreiging op slippers 😉 ben blij te horen dat jullie je vakantielijstje onuitputtelijk blijven aanvullen, liefs!

  11. Sofie De Lille

    Het zal wel aan mij liggen, maar ik wist helemaal niet dat er een weg door een woestijn liep. Ik dacht dat er alleen zand was en dat je dus niet anders kon dan verdwalen (tenzij je daar ‘woont’).
    Die witte woestijn ziet er adembenemend uit!

  12. Jan en Mariët

    Wat een prachtige foto s weer! Leuk, ga zo door! liefs uit Eemnes.

  13. Anna

    Wat heerlijk om weer wat van jullie te lezen. Ik verbaas me elke weer over de gastvrijheid die jullie keer op keer tegenkomen. We hopen dat dat de hele reis zo blijft. En wat weer een mooie foto’s!! Echte even weer genieten.
    Heel veel liefs, Jan en Anna